door oosterholt op 25 jul 2014 18:28
De planten die worden aangetast, verliezen groeikracht, krijgen gele bladeren, kunnen vervormd raken en vaak treedt bladverlies op. Wolluizen scheiden ook honingdauw uit, waarop schimmels groeien. De schimmels bedekken de bladeren, waardoor de mogelijkheid tot fotosynthese afneemt.
Voor de biologische bestrijding van de wolluizen zijn een aantal predatoren geschikt, waaronder de lieveheersbeestjes Cryptolaemus montrouzieri en Nephus reunioni, de sluipwespen Leptomastix dactylopii, Anagyrus pseudococci, Leptomastidae abnormis, Pseudaphycus maculipennis en Hungariella peregrina en diverse soorten gaasvliegen.
In de wintermaanden kan bij kamerplanten ook een oplossing van 12 g paraffineolie per liter water, een 50% alcoholoplossing of spiritus gebruikt worden. Met deze middelen moeten alle wolluizen aangestipt worden. Deze behandeling moet elke dag herhaald worden totdat er geen wolluizen meer worden aangetroffen. Wolluis is ook te verwijderen door deze met een hogedrukspuit met alleen water van het hout te spuiten. Dit geldt ook voor bladluis op rozen.
In extreme gevallen kunnen chemische pesticides worden gebruikt.