goedemiddag allemaal,
Nomenclatuurregels.
Enkele van de belangrijkste nomenclatuurregels zijn de volgende:
- De naam van een botanische plant bestaat uit twee namen, bijvoorbeeld:
Geslachtsnaam Soortaanduiding
Fraxinus excelsior
Fagus sylvatica
- De naam van een botanische varieteit bestaat uit drie namen, waarvan de 3de naam niet met een hoofdletter geschreven mag worden en voorafgegaan wordt door de afkorting ''var''.
Geslachtsnaam soortaanduiding varieteitsnaam
Cotoneaster salicifolius var.floccosus
Pinus mugo var. mughus
- De naam van een cultuurvarieteit, ook wel cultivar ( ras ) genoemd, bestaat ook uit drie namen, waarvan de 3de naam altijd met een hoofdletter geschreven moet worden en omsloten wordt door enkelvoudige aanhalingstekens, dus '....' . Het is een cultuurgewas, ontstaan door niet natuurlijke kruisingen ( mens ).
Geslachtsnaam soortaanduiding cultivarnaam
Phlox paniculata 'Rembrandt'
Hydrangea paniculata 'Grandiflora'
De geslachtsnaam wordt altijd geschreven met een Hoofdletter, de soortaanduiding altijd met een kleine letter, de cultivarnaam altijd met een Hoofdletter en botanische varieteitsnamen altijd met een kleine letter. De cultivarnaam moet altijd tussen enkelvoudige aanhalingstekens geplaatst worden.
Gewassen met drie namen, waarvan de laatste naam met een hoofdletter begint, zijn cultuurvarieteiten.
Soms ontbreekt de soortaanduiding ( soortnaam ), als er steeds met al bestaande rassen weer nieuwe rassen gekweekt worden. Dit komt vooral veel voor bij perkrozen ( trosrozen ) en klimrozen ( leirozen ). Op eenmaal gegeven cultivar- of rasnamen komt men niet terug.
Vanaf 1 januari 1959 krijgen alle rassen ( cultivars ) fantasienamen in een gangbare, levende taal. Voor die datum waren het meestal Latijnse namen. De namen moeten geregistreerd worden met een duidelijke beschrijving van de eigenschappen.
m.v.g.
Hans.
