door draco op 12 jan 2013 22:14
Terugkomend op de overgang van kuipplanten van binnen naar buiten, de meeste soorten die buiten gewend waren, zullen zich binnen enkele dagen hebben aangepast. Voer de operatie bij voorkeur uit op een bewolkte dag en vermijdt de eerste dagen blootstelling aan felle zon. Met een week zullen de meeste soorten wel gewend zijn. De ene soort zal zich sneller aanpassen dan de andere in relatie tot de natuurlijke groeiplaats i.e. steppe of regenwoud. Bij mensen wordt de een ook sneller bruin dan de andere. Planten die zich moeilijk aanpassen gedijen beter in lichte schaduw of met alleen zon in de ochtend. Bij palmen geldt dit voor soorten als Phoenix roebelenii, Rhapis excelsa en multifida, Chamaedorea radicalis en microspadix e.a. Jungleplanten groeien als jonge plant altijd in de schaduw bijvoorbeeld Howea forsteriana. Als volwassen palm zijn ze weliswaar bestand tegen zon en wind, maar de ruigere weersomstandigheden in de top van de canopée dragen niet bij aan een fraai uiterlijk. Dus als je dergelijke soorten buiten en mooi wilt houden, zet ze dan op een beschutte plek zonder felle zon.
Wat de boomvarens betreft, ik heb meestal geen last van bladverbranding bij verhuizing naar buiten, maar dat komt waarschijnlijk omdat de aanpassing aan UV straling dan al in de kas heeft plaatsgevonden. Dicksonia squarrosa is een mooi voorbeeld van aanpassing aan de zon. De uitlopende veren zijn rossig getint door de aanwezigheid van beschermende pigmenten.
"Alleen mensen die kunnen twijfelen zijn in staat hun wereldbeeld bloot te stellen aan nieuwe feiten en inzichten"